|
|||||||||||||||||||||||
Vuistbijlen ofwel bifacesStenen slachtwerktuigen van de mens uit de Oude Steentijd (Paleolithicum)
Hoewel we in Nederland van vuistbijlen spreken, zal hier voor de verdere uitwerking van dit onderwerp van de Franse naam 'bifaces' gebruikgemaakt worden. De naam vuistbijl voor dit soort werktuigen is volgens ons namelijk iets ongelukkig gekozen. Want gaat het wel om een bijl die in de vuist gehouden wordt? De Franse naam biface (met twee zijden, met twee kanten) lijkt ons meer geschikt omdat het hier om een special soort tweezijdig bewerkte stenen artefacten gaat. De naam biface zegt dan iets over de vorm en niet over de functie. In het onderstaande zal dit verder verduidelijkt worden. De afbeeldingen geven een goed idee van de vormenrijkdom van bifaces en van de gesteenten waaruit ze gemaakt zijn.
De oudste bifaces stammen uit het Vroeg-Paleolithicum. Ze zijn zo'n 1,6 à 1,7 miljoen jaar oud en men heeft ze gevonden in Oost-Afrika. Tijdens het Midden-Paleolithicum beginnen ze langzamerhand minder voor te komen. De jongste exemplaren zijn zo'n 40.000 jaar oud.
Bifaces werden gemaakt door van een stuk (vuur)steen aan beide zijden stukken af te slaan waardoor de voor- en achterzijde top op zekere hoogte een symmetrie laten zien. Maar ook de zijden zelf kennen vaak een zekere symmetrie. Dat die symmetrie maar tot op zekere hoogte geldt, is te zien op de afbeeldingen bij dit onderwerp. De zijkanten van bifaces hebben scherpe snijvlakken die door alternerend weggeslagen scherfjes een zekere karteling vertonen.
De ene biface is zeker de andere niet: we kennen verschillende types. De Franse professor François Bordes heeft voor al die types een typologie opgesteld die op de vormen gebaseerd is. Zo zijn er onder andere bifaces lancéolés, bifaces micoquiens en bifaces amygdaloïdes.
Lang niet altijd werd er vuursteen gebruikt om bifaces te maken. Ook vooral kwarts, kwartsiet en vulkanische gesteenten waren in trek voor de fabricage ervan.
Van bifaces wordt vaak beweerd dat ze een soort Zwitserse zakmessen van de vroege steentijd waren. Het Zwitserse zakmes staat bekend vanwege zijn vele functies. Ook de biface zou zo'n multifunctioneel werktuig zijn. In werkelijkheid kennen we echter nog lang niet alle details over het precieze gebruik. Dit komt voor een belangrijk deel doordat er bij de oudere exemplaren nauwelijks gebruikssporenonderzoek is gedaan. Bovendien kennen we bij nu nog bestaande natuurvolkeren geen moderne equivalenten van dit soort werktuigen. Voor de jongere exemplaren kan aan de hand van gebruikssporenonderzoek gezegd worden dat het een soort slagerswerktuigen waren die vooral geschikt waren om grotere dieren mee te slachten. Doordat in Oost-Afrika bifaces zijn gevonden op slachtplaatsen met botten van zulke grotere dieren, mogen we ze daar ook wel tot de slachtwerktuigen rekenen. In helder Nederlands zouden we ze dan ook de slagersmessen van de mens uit de oude steentijd kunnen noemen.
We gaan ervan uit dat bij de bifaces de steen direct in de hand werd gehouden om ermee te kunnen werken. Of dit soort werktuigen of sommige exemplaren ervan ooit van een steel voorzien zijn geweest, weten we echter niet doordat organische materialen die daarbij gebruikt zouden kunnen zijn, vergaan zijn. Sporen die in die richting wijzen, kennen we niet. Maar dat wil niet zeggen dat we de mogelijkheid geheel kunnen uitsluiten. De naam 'vuistbijl' voor dit soort werktuigen lijkt ons dan ook niet geheel op zijn plaats. Zeker ook omdat het geen echte bijlen waren.
Bifaces komen we niet overal ter wereld tegen. Naast hun voorkomen in Afrika en Europa vinden we ze alleen in het westen van Eurazië, in India en in het westen van China.
Voor wie meer over (vuur)stenen bifaces (vuistbijlen) wil weten, zijn wellicht de onderstaande werken interessant. Voor het schrijven van dit item over vuistbijlen ofwel bifaces is ook van deze werken gebruikgemaakt. • Vuurstenen werktuigen (technologie op het scherp van de snede) uit 2010 van Jaap Beuker behandelt allerlei facetten van vuursteen en de (experimentele) bewerking ervan voor het maken van stenen werktuigen. Ook vuistbijlen (bifaces) komen er in ter sprake. Het is een uitgave van Sidestone Press in Leiden (274 bladzijden). • Flinthandwerk uit 2017 van Wulf Hein en Marquardt Lund is een boek in de Duitse taal dat allerlei facetten van vuursteen en de (experimentele) bewerking ervan voor het maken van stenen werktuigen behandelt. Ook het maken van bifaces wordt erin besproken. Het is een uitgave van Verlag Angelika Hörnig (370 bladzijden). • De Franstalige Typologie du Paleolithique Ancien et Moyen uit 1979 van François Bordes bestaat uit een tekstboek en een boek met afbeeldingen (tekeningen) van stenen werktuigen uit het Vroeg- en Midden-Paleolithicum. We vinden er de diverse types bifaces in. Het is een uitgave van Editions du Centre National de la Recherche Scientifique uit Parijs. • Bifaces Acheuléens en silex de Provenance Française uit 1950 is een Franstalig werk van Madeleine Ophoven & J. Hamal-Nandrin dat is uitgegeven in Liège (Luik). De uitgeverij is onbekend. Het werk bevat goede zwart/wit foto's van meerdere types vuistbijlen die in Noord-Frankrijk zijn gevonden. • Making silent stones speak uit 1993 van Kathy D. Schick en Nicholas Toth bevat een interessante paragraaf over het gebruik van bifaces. Het is een uitgave van Weidenfeld and Nicolson uit London. • Biface, Wikipedia (Franstalige versie van 30 januari 2019). Tekst en foto's: Jan Weertz
|
|||||||||||||||||||||||
© De Belemniet |